Potala paleis, sera klooster, pinpas pleite
Door: Saskia
Blijf op de hoogte en volg Saskia
23 Juli 2009 | China, Beijing
Met wat andere toeristen hoppen we mee in de bus naar het Potala. Onze busje heeft een lekke band.
We reden gisteren langs het immense rood-witte klooster. Vandaag mogen we het maximaal 1 uur bezoeken. De regering laat niet meer dan 2500 mensen per dag toe. Gelukkig heb ik vooraf al geboekt vanuit NL. Anders slechts kleine kans dat we het kunnen bezichtigen.
In het paleis zijn meer dan 1000 kapellen helemaal vol met beelden van allerlei boeddha's. Overal grote schalen met kilo's, kilo's en nog eens kilo's yakboter. Je kunt het je bijna niet voorstellen hoeveel! Trappen op, even puffen. Door een deel van het paleis loopt een route waar we langs mogen. Beetje duister, kleurrijk, heel veel mensen die wat yakboter op de schaal offeren, grote mandala,s rijk versierd, zacht prevelende monniken in nisjes, mensen die bij heiligheden geld droppen, getekende oude vrouwtjes met hele lange vlechten, devote mensen, mega tombes van overleden dalai lama's met honderden kilo's goud, meters hoog, rode monnikgewaden, bankjes met kleden van yakhaar waar de monniken bidden en slapen, doeken, kleurrijke muurschilderingen, stoffen hangdingeb, niet te weinig, net als er van alles niet te weinig is. Je moet het allemaal echt even op je laten inwerken, wat een heiligheid!
We zijn precies binnen het uur weer buiten. De tijd wordt streng gecheckt, net als overigens alle bezoekers bij binnenkomst; door een poortje, bagage door de röntgen en geen enkele vloeibaarheid komt erdoor, hoe klein ook!
Anouk en ik moeten dringend een deel van onze 4 tot 5 liter verplichte vochtinname kwijt.
De geur en de verhoogde concentratie vliegen doen vermoeden dat we in de buurt zijn van een plek waar we wat kunnen wegbrengen. Anouk opent voorzichtig de lap waarachter je je discreet kunt ontdoen van het overtollige vocht en wordt gelijk belaagd door een zwerm vliegen en een dusdanig penetrante odeur dat we de nood wel even uitstellen. Volgens gids jigme is er verder geen wc. We zien wel.
Buiten de trappen af in de nu vol brandende zon. Beneden kunnen we alsnog naar een wc. Helaas nog niet bij de set factory, maar naar het openbare toilet ernaast. Het is een klassiek Tibetaans toilet, zelfs nog relatief luxe met schotten tussen de poepplaatsen. Maar verder... Een lange goot, geen deur, maar als je moet, dan moet je!
Buiten geroep van de dames bij de uitgang. Het zijn de toiletjuffrouwen, ze willen 1 yuan. Hmmm, waarvoor? Ok ik hou het er maar op dat de wierrook toch wat minder vliegen heeft gelokt. Dat is ook wat waard!
Terug naar het hotel. Even slapen, een verplicht nummer voor de toeristen de eerste paar dagen.
Om 1430 uur haalt de gids ons op voor een bezoek aan het Sera klooster. Je komt overigens nergens binnen zonder gids.
Naar de bank en de supermarkt. Anouk wil pinnen. Pas weg! Shit! Denk, denk, waar kan hij zijn, waar voor het laatst gebruikt? O ja! Op het vliegveld. Het vervelende van pinautomaten hier is dat je eerst je geld krijgt en na exit drukken pas je pas, maar daar moet je dan wel om denken...
Flink balen. Ik pin extra en we gaan terug naar het hotel om extra te zoeken naar de pas, tevergeefs. Dan maar Interhelp bellen en blokkering in werking stellen.
Om 1430 uur mogen we weer bellen voor verdere hulp. Een eenmalig bedrag kan mogelijk naar een bank hier worden overgeboekt.
Wachtend op de rit naar het Sera klooster eten we meloen en onderweg gekochte broodjes.
Om half 3 haalt Jigme ons met chauffeur op om naar het Seraklooster te gaan. Het klooster ligt tegen de berg waarachter de meeste tibetanen hun 'begrafenis' hebben. Dat gaat er hier naar onze smaak nogal bizar aan toe. De overledene wordt in stukken gesneden, de botten verbrijzeld en aan de gieren op de berg overgeleverd. Het ritueel is niet voor toeristen te bezichtigen, maar ik geloof niet dat ik dat heel erg vind.
In het klooster maken de pelgrims een ronde om een in en soort metalen kist geplaatst heilig beeld. Daaronder zit een gat waar de pelgrim zijn hoofd steekt. De monnik geeft een tik op de rug en de pelgrim komt weer uit het gat. Kinderen krijgen hier een zwarte veeg roet op hun neus voor bescherming en een lang leven. Dat geeft een grappig beeld, al die kids met zwarte neusjes.
Monniken zijn druk met het drukken van boeken waarbij ze zacht mantra's hummen. Het geheel heeft iets magisch, bezwerends. Een andere monnik schrijft wensen met petiterige gouden lettertjes op rode lapjes stof die dan weer aan een beeld, alias heilige gegeven kunnen worden, om een zieke in de familie te steunen. Er zijn ook beelden om hulp te vragen bij het leren van taal, waarop ik misschien iets te adrem tegen Jigme zegt dat hij er vroeger vast vaak is geweest. Zijn Engels is nogal matig en uit beleefdheid antwoord ik op zijn verhalen vaak met Ah yes!, of Aha! of Uhum. Hij is in ieder geval erg aardig en doet zeer zijn best.
Dan naar het hoogtepunt van de excursie: het debat van de monniken. Op de binnenplaats zitten tientallen roodgeijde, kaalgeschoren heren. De een staat, de ander zit. Dan begint een soort handjeklap. De ene neemt een stelling in en als men het eens is dan klappen handpalmen op elkaar. Zo niet dan kletst de handrug op handpalm. Ze lijken er zelf ookk plezier in te hebben want de meestal serieus geplooide gezichten tonen hier en daar echt een brede lach. Dit debat is dagelijks om 15.00 uur.
Jigme brengt ons terug naar het hotel. We willen de stad nog even in. Rechtaf de straat in en he, een leuke drukke straat! Wat een levendige boel. Hier wordt van alles verkocht, van monnikenpijen, gebedsmolens, tasjes, outdoorkleding tegen afbraakprijzen, wierrook, tasjes, armbanden, kettinkjes, mondkapjes! (zie je best veel mensen dragen hier en in China), kleden, gebedsvlaggetjes (gekocht natuurlijk, vast te declareren bij de penningmeester van de gymclub als zaalversiering voor het jubileumgala) en nog veel, veel, veel meer heilige en toeristenprullen. Op het plein lopen we plots de Spanjaarden tegen het lijf waarmee we in de bus zaten op het vliegveld van Lhasa. Zijn wijden ons wat in wat redelijke bedragen zijn voor souvenirtjes.
Midden op het plein raken we in gesprek met Fritz uit Oostenrijk. Zijn maat is ziek en hij struint solo wat rond. Hem bevalt het praatje met ons wel en hij biedt ons een drankje aan. We halen wat fris om de hoek. En heb je dan nog niet genoeg toevallige ontmoetingen, gehad, kan er nog wel een bij. De twee Tibetaanse studentes van gisterenavond tikken ons op de schouder. Ze zijn net klaar met school en op zoek naar toeristen voor een praatje om hun Engels te trainen. Dan hebben ze het weer getroffen. Wij vinden het alleen maar leuk! Fritz biedt ook hun wat te drinken aan. De meiden willen liever naar een theehuis en nodigen juist ons weer uit. Fritz holt even naar zijn maat om te melden dat ze niet op hem hoeven te rekenen met het diner.
Theehuis in, theehuis uit, op zoek naar een theehuis met de zoete variant van de yakboterthee, want de zoute variant brengt 99% van de toeristen vrijwel gelijk tot walging.
Uiteindelijk vinden we een behoorlijk net restaurant op de eerste verdieping aan het Barkhorplein. Je zou er nooit zo'n restaurant verwachten. Fritz biedt ook een diner aan. Hij staat erop. Anouk gaat voor de pizza en ik voor de kip massala met rijst. De meiden willen niets, want er staan geen Tibetaanse noodles op de kaart. Een grote thermosfloes en wat kopjes worden op tafel gezet. De yakboterthee wordt ingeschonken. Anouk ruikt en dat had ze beter niet kunnen doen. Ze krijgt spontaan braakneigingen. Nu is het de vraag wie het eerst een zip durft te nemen. Uiteindelijk valt de smaak alleszins mee, maar dit is dan ook de zoete variant, gemaakt van rode thee, melk en suiker. Zodra je een paar slokken hebt genomen wordt je kopje gelijk weer bijgevuld. Een zaak van niet te snel doordrinken dus...
We hebben gezellige gesprekken over europese en tibetaanse gebruiken. Zij krijgen etiquettelessen op school over wat wij wel en niet beleefd vinden.
Fritz wil afrekenen en geeft de meiden ieder 100 yuan = 10 euro na het horen dat de meiden tussen hun 12e en 16e niet naar school konden door de financiele situatie van de familie. Ze zijn duidelijk in verlegenheid gebracht maar accepteren het uiteindelijk wel. Daar kunnen ze nog heeeeeeeeeeel veel yakboterthee van kopen!
Lhakpa neemt afscheid en Dolma en Fritz lopen met ons mee naar de Dunyabar bij het hotel waar wij een drankje kunnen tracteren. We geven beide Delfs blauwe souvenirs, in de vorm van klompjes en een doosje. Deze vallen goed in de smaak.
Anouk wordt onwel en holt wel. Even later komt ze terug met de mededeling de zojuist geconsumerde pizza te hebben moeten laten luchten...
We nemen afscheid en ieder gaat zijns weegs.
Wat een bijzondere dag!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley